Johan - aflevering 2

Johan!

Johan schrok wakker, schemerdonker, het duurde even voor hij wist waar hij was, de schuur.
Het was een vrouwenstem die in niets leek op die van zijn moeder. Ze riep nogmaals Johan ben je hier. Hij bleef doodstil liggen.
Vanuit het niets, best dichtbij klonk opeens een kort ja, ik ben hier, op de hooizolder.
Kan je dan even naar buiten komen zei de vrouw, ik krijg de deur van de andere schuur niet open.
Mopperend hoorde Johan zijn naamgenoot de houten ladder, die hijzelf gisteren naar boven had beklommen, afdalen.
Langzaam kwam ook hij in beweging, kennelijk was de wereld op deze boerderij tot leven gekomen, er zat niets anders op dan ongezien beneden te komen en het erf te verlaten.
Zo voorzichtig en stil mogelijk ging ook hij de trap af. De andere Johan naderde alweer op zijn klompen. Het was nog steeds half donker, toen de man weer de trap op klom verliet Johan de schuur.
Uit het woongedeelte van de boeren kwam een vaag schijnsel. De vrouw was hoorbaar bezig in de andere schuur. Een koe loeide klagend. Het was vast melktijd.
Johan schuifelde richting de deur van het woongedeelte, op een tafel lag een plank met brood en kaas. Vlug schoot hij naar binnen, nam een snelle hap van het brood en stopte de rest samen met de kaas onder zijn buis. Uit een kan nam hij een gulzige slok warme vette melk, hij sloot even de ogen, de knoop uit zijn maag verdween.
Hij draaide zich om en keek in de ogen van een prachtig jonge boerenmeid. Geschrokken keken ze elkaar ik stilte aan.
Zij ontdooide als eerst, buiten klonken de klompen van de man met zijn naam.
Snel die deur daar, ze greep hem bij de arm en duwde hem een hok in.
Daar stond hij in het donker. Aan de andere kant het meisje, zijn leeftijd dacht hij, zijn arm gloeide nog na van de stevige greep waarmee ze hem in de kast dirigeerde. De klompen van de man bleven buiten staan, de man, haar vader zo bleek kwam binnen, gevolgd door de vrouw.
Marietje wat sta je daar klonk de vrouw, en waarom heb je nog geen brood op de plank gelegd? En waarom de melk zo verspild, allemaal druppels op de grond.
Marietje, een mooie naam dacht Johan. Paste haar wel. Waarom hielp ze hem, ze kende hem niet en hij zal er ook wel niet zo fris hebben uitgezien na al keren buiten of in schuren te hebben geslapen, of hij stonk wist hij niet, de eerste weken zeker, maar inmiddels rook hij het niet meer. Toegegeven hij had zich zo nu en dan bij regentonnen gewassen en het was in de herfst dat hij zich een laatste keer in een poeltje had gewaagd om zich te verfrissen.
Marietje stamelde iets, een harde klap, een snik, de vrouw riep iets als ' niet doen Johan' maar een volgende klap was duidelijk hoorbaar.
Er is geen brood snikte Marietje. Een nieuwe klap, nu snikte de vrouw, 'niet ons mam' snikte Marietje. Het was aan dovemans oren gericht. Johan werd woedend, hoe kon een man zijn vrouw slaan, de moeder van zijn dochter, hoe kon hij zijn dochter slaan, die mooie Marietje, die hem zojuist geholpen was.
Het begon te suizen in zijn hoofd, hij zou zijn moeder wreken, hij zou alle moeders wreken, zijn handen vormden zich tot vuisten en hij stormde de keuken in. De man keek verbaast opzij, zijn hand nog in de aanslag om de vrouw wederom te slaan, Johans vuist raakte hem als een mokerslag op de kin, de man sloeg achterover, viel en bleef bewegingsloos liggen.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Ajax Seizoen 24/25

Hypoglycemie?