Afscheidsbrief
Dag, Misschien wil je weten waarom ik het gedaan heb? Ik dacht altijd dat je mijn vriendin was. Dat we altijd alles tegen elkaar zeggen konden. Dat we dat ook deden. Dat is kapot. Je vroeg mij waarom ik me altijd zo lelijk opmaakte, zoveel make-up gebruikte, van die felrode lipstick opdeed. Dat vroeg je me. Terwijl ik dat al zo doe sinds wij elkaar kennen. Sinds dat jij van een andere school bij mij het examenjaar inschoof. Ik vroeg of je naast mij wilde zitten. Ik nam je mee in de pauze om samen met mij en mijn vriendinnen te zitten, zodat jij niet alleen zou zijn. Dat leek mij zo akelig, alleen op zo’n grote school, niemand kennen. Sindsdien zijn we onafscheidelijk geweest. Zeg een jaar of vijfendertig. We deelden al onze geheimen. Dacht ik. En dan kom jij met die vraag. Je zegt mij dat er meer mensen zijn die zich die vraag stellen. Je sprak dus over mij met anderen. Over iets dat mij mij maakte. Iets waardoor ik die middelbare school kon doorlopen. Het gaf mij iedere dag de moed ...