TIA - Een Brian verhaal
Brian, de date, de tijd
Op de bank zijn date. Het eten was goed. Ja, ze wilde nog wel met hem mee.
Zij zat daar. Op zijn bank. Muziek aan. Hij keek haar aan. Opeens duizelig, extreem moe, kon niet meer staan. Trage spraak, dikke tong, dubbele tong. Verdoofd gevoel in linkerkant tong en lip. Als bij de tandarts.
'Hallo' hoorde hij zichzelf zeggen, 'het gaat niet goed, ik .... duizelig'.
Ze stond op. Keek hem aan. Bezorgd.
Hij greep een stoel, wilde zitten, liggen. Moest liggen. Ze pakte een kussen. Onder zijn hoofd.
112.
Kussen onder zijn voeten. Draaierig.
Ambulance. Op het hagelwit van het plafond zit een mug. Wachtend op bloed, zijn bloed. De broeder prikt, een infuus, protocol.
Eerste hulp. De molen. Veel wachten. Alle bloedwaarden oké. CT scan oké. ECG oké . Hartfilmpje ok. Brian ziet, luistert.
Zij ging mee, zit naast het bed, luistert, noteert, geeft antwoord als nodig.
Op basis van observaties spraak en benoemd vreemd gevoel in linkerkant lip en tong moet hij molen in van de lichte Tia. MRI scan, scan van halsslagaders, naar de Cardioloog. Poliklinisch aan de slag. Bloedverdunners. Brian weet en begrijpt, maar besef? Nee, hij weet zonder te beseffen.
Het is onwerkelijk. Van niets aan de hand naar iets aan de hand. Zomaar.
De hele tijd was hij toeschouwer. Zo voelt het. Voor haar duurde het lang, het wachten, deze nacht samen, Brian zag de wijzers van de klok aan de muur draaien, de tijd verliep zonder registratie. Een uur, een minuut, ze voelden eender. Ongrijpbaar.
Zij was sterk. Steunde. Hij keek naar haar, een lichte duizeling, van bewondering, voor haar rust. De vanzelfsprekende steun. Wat een geluk. Wat een vrouw.
Pluk de dag en reken zo min mogelijk op morgen. Dat is het, dacht Brian.
(c) RH 12/8/2018
Op de bank zijn date. Het eten was goed. Ja, ze wilde nog wel met hem mee.
Zij zat daar. Op zijn bank. Muziek aan. Hij keek haar aan. Opeens duizelig, extreem moe, kon niet meer staan. Trage spraak, dikke tong, dubbele tong. Verdoofd gevoel in linkerkant tong en lip. Als bij de tandarts.
'Hallo' hoorde hij zichzelf zeggen, 'het gaat niet goed, ik .... duizelig'.
Ze stond op. Keek hem aan. Bezorgd.
Hij greep een stoel, wilde zitten, liggen. Moest liggen. Ze pakte een kussen. Onder zijn hoofd.
112.
Kussen onder zijn voeten. Draaierig.
Ambulance. Op het hagelwit van het plafond zit een mug. Wachtend op bloed, zijn bloed. De broeder prikt, een infuus, protocol.
Eerste hulp. De molen. Veel wachten. Alle bloedwaarden oké. CT scan oké. ECG oké . Hartfilmpje ok. Brian ziet, luistert.
Zij ging mee, zit naast het bed, luistert, noteert, geeft antwoord als nodig.
Op basis van observaties spraak en benoemd vreemd gevoel in linkerkant lip en tong moet hij molen in van de lichte Tia. MRI scan, scan van halsslagaders, naar de Cardioloog. Poliklinisch aan de slag. Bloedverdunners. Brian weet en begrijpt, maar besef? Nee, hij weet zonder te beseffen.
Het is onwerkelijk. Van niets aan de hand naar iets aan de hand. Zomaar.
De hele tijd was hij toeschouwer. Zo voelt het. Voor haar duurde het lang, het wachten, deze nacht samen, Brian zag de wijzers van de klok aan de muur draaien, de tijd verliep zonder registratie. Een uur, een minuut, ze voelden eender. Ongrijpbaar.
Zij was sterk. Steunde. Hij keek naar haar, een lichte duizeling, van bewondering, voor haar rust. De vanzelfsprekende steun. Wat een geluk. Wat een vrouw.
Pluk de dag en reken zo min mogelijk op morgen. Dat is het, dacht Brian.
(c) RH 12/8/2018
Reacties
Een reactie posten